Historie van de Oldijk - Ezinge

1845 – 1854 Wiemer Jans Renkema en Grietje Alberts Dijksterhuis/Folkert Jans Emmelkamp en Sietske Riemers Renkema

In deze periode wonen dus twee echtparen op Oldijk 4 en ook nog de ongehuwde dochter van Wiemer Jans Renkema en Grietje Alberts Dijksterhuis, Alktje Wiemers.
Folkert Jans Emmelkamp was een zoon van de winkelier Jan Jannes Emmelkamp en Aafke Folkerts uit Saaksum. Hij was op 9 maart 1820 geboren in Saaksum.
Op 3 mei 1846 kregen Folkert Jans Emmelkamp en Sietske Riemers Renkema hun eerste kind op Oldijk 4:

In 1850 werden heel wat boerderijen en land te koop aangeboden, waaronder Oldijk 4. Waarschijnlijk zijn dit allemaal bezittingen van de Marees van Swinderen. Het gaat hier dan om het eigendom van de grond:


Groninger Courant van 21 januari 1850 (Delpher)

Grietje Alberts Dijksterhuis overleed op 13 februari 1851, zodat nu weduwnaar Wiemer Jans Renkema en zijn dochter Sietske Riemers met haar man nog op de boerderij overbleven.
Na het overlijden van Grietje Alberts Dijksterhuis werd de erfenis verdeeld, die bestond uit

Wiemer Jans Renkema erfde zelf het genoemde huis en het stuk land daaronder genoemd, dochter Sietske Riemers erfde een som geld en Alktje Wiemers Renkema verkreeg Oldijk 4 en de aanwezige mestvaalt, schutten, wringen en balkhout.
Zodoende was Oldijk 4 op dat moment ruim 23 hectare groot. Het bestond uit de taartpunt aan de westkant van de Oldijk, waarvan de punt liep tot aan de Barnwerderweg, stukken land tussen Oldijk 2 en 4 langs de oostkant van de Oldijk, een stuk land tussen Oldijk 4 en het huidige (2018) geitenweitje van Oldijk 6 en verder diverse percelen achter de boerderij aan de oostkant.

Rond 1854 verhuisde Sietske met haar man naar Saaksum, waar ze op 19 januari 1855 nog een kind kregen, Grietje. Twee jaar later overleed Sietske daar op 16 oktober 1857.