Historie van de Oldijk - Ezinge

31 mei 1803 - 1834 Familie Tijmen Pieters (Bosch) en Roelfke Derks

De namen van dit echtpaar zijn op heel wat verschillende manieren in de diverse registers weergegeven. Timen Pieters en Roelfke Derks Oeldersma (zoals ze toen heetten) trouwden op 15 mei 1796 in de kerkelijke gemeente Feerwerd. Timen was een zoon van landbouwer Pieter Timens en Riemke Eijes uit Feerwerd. Roelfke was een dochter van landbouwer Derk Roelfs en zijn vrouw Anje Pieters uit Middelstum. Ze vestigden zich na hun huwelijk in Westeremden, in de buurt van de familie van Roelfke, waar ze vier kinderen kregen:

In 1802 kochten Timen Pieters en Roelfke Derks eerst voor 420 Gls een huis met erf in Feerwerd. Dit huis stond vermoedelijk op het verdwenen stuk van de huidige Valgeweg, die liep langs de huidige voetbalvelden en aansloot op de Meedenerweg, toen het Oldehoofster Kanaal er nog niet was. In 1802 kwam Timen met zijn vrouw weer terug in de gemeente Ezinge. Daarna verhuisden ze van Feerwerd naar Oldijk 6. In ieder geval drie van de vier kinderen hadden ze toen bij zich:

De Anje van de tweeling (5 augustus 1798) was waarschijnlijk al vóór de geboorte van de tweede Anje (Aanje) overleden. Op Oldijk 6 werden daarna nog 5 kinderen werden geboren:


Register aangegeven lijken 1806-1811 (Groninger Archieven)

Hun eerste kind op de Oldijk, Bauke, overleed dus al na 2 ½ jaar en de laatste twee kregen zelfs geen naam omdat ze slechts enkele dagen leefden. Van Derk, hun tweede Oldiekster kind, ontbreekt elk spoor, zodat ik aanneem dat ook hij in ieder geval vóór 1811 is overleden (vanaf 1811 zijn er overlijdensregisters van Ezinge). En zo woonden Timen Pieters, die zich inmiddels had voorzien van de achternaam Bos of Bosch, en Roelfke Derks Uilersma nog enige jaren met hun drie kinderen uit Westeremden op de boerderij. Bij de boerderij lag een boomgaard (waar nu anno 2018 de geitjes worden geweid). Ik zou me kunnen voorstellen, dat die familie in verband daarmee de achternaam “Bos(ch)” heeft aangenomen.

In 1809 gingen Timen en Roelfke aan de slag met in ieder geval het voorhuis. Dit ging tegen de vlakte en er werd een nieuw voorhuis gebouwd, zoals blijkt uit de gevelsteen, die de boerderij in 2018 nog altijd siert:

Inmiddels begint het wapen midden op de steen sleets te worden:


Foto anno 2018

De initialen linksboven, T.P.S staan voor Timen Pieters, de initialen rechtsboven, RDU, staan voor Roelfke Derks Uilersma. Waar BM voor staat is dus nog discutabel (zie hierboven “De gevelsteen” ) en het jaartal is het jaar van verbouwing. In het midden is een familiewapen afgebeeld.

De Hervormde ingezetenen van de gemeente Ezinge kregen jaarlijks een aanslag “ter bestrijding van het tekort in de Diaconij kas”. Het tekort was in 1818 250 gulden. Pieter Tiemens mocht in dat jaar fl. 7,80 bijdragen, zijn buurvrouw, de weduwe van Albert Pieters Dijkstershuis betaalde fl. 9,-.

Op 4 maart 1819 overleed Roelfke op de boerderij en bleef Timen met zijn drie kinderen achter. De boerderij was van Roelfke, haar kinderen erfden de boerderij. De boerderij werd toen getaxeerd op 12.000 gulden. Merkwaardig is dus, dat Timen Pieters Bos geen erfdeel krijgt, alles gaat naar de kinderen:


Groninger Archieven

De oudste dochter Riemke trouwde op 20 oktober 1821 met de 20 jarige landbouwerszoon Freerk Sietses Doorenbos van Oldehove en vestigde zich daarna in Oldehove. Ze overleed daar op 43 jarige leeftijd.

De 50-jarige Timen Pieters Bosch hertrouwde op 24 juli 1823 met de 38 jarige landbouwster Martje Wiebes (Wieringa). Zij was de weduwe van Jacob Wolters Wolters, die in 1821 op Zuiderweg 5 was overleden (zie verder dat adres). Martje was een dochter van landbouwer Wiebe Meinders en zijn vrouw Eelje Kornelis, eveneens van Zuiderweg 5. Uit dit huwelijk zijn geen kinderen voortgekomen.

Een jaar later trouwde zijn tweede dochter, Anje (Timons) op 14 juni 1824 met de 21-jarige Wolter Klasens Cleveringa (geboren in 1802), zoon van de toenmalige burgemeester en landbouwer Klaas Olferts Cleveringa en Trientje Wolters Wolters van de Mentaheerd (zie verder bij Mentaheerd).

Timen had nu dus alleen nog zijn zoon Pieter op de boerderij, de beoogde opvolger. Dat plan werd wreed verstoord, want Pieter overleed op 3 februari 1828 op de boerderij. Hij was niet gehuwd. Het drama werd voor Timen nog groter, toen het jaar erop zijn tweede vrouw, Martje Wiebes op 27 december 1829 eveneens overleed.

Timen Pieters Bosch woonde daarna nog een aantal jaren alleen op de boerderij, waar hij zelf op 9 juli 1834 kwam te overlijden. Zijn dochter Anje nam daarna met haar man Wolter Klasens Cleveringa de boerderij over. Vermoedelijk waren ze al iets eerder bij haar vader ingetrokken om hem met de boerderij te helpen, want Wolter Klasens Cleveringa komt op 22 juni 1834 al voor als getuige bij het overlijden van Pieter Alberts Dijksterhuis van Oldijk 2.