Historie van de Oldijk - Ezinge

25 juni 1929 - medio 1964 Jan Folkerts met zijn vrouw Grietje Klaassen en zijn broer Roelof Lubertus Folkerts

Dit is de episode van de derde generatie Folkerts. De boerderij is dan eerst nog eigendom van de vader van Jan Folkerts, Jakob Folkerts.

Op 19 december 1930 ging Oldijk 5 (en Oldijk 8) opnieuw in de publieke verkoop, die toen nog eigendom was van Jakob Folkerts en diens erfgenamen, die als volgt op de verkoopakte staan omschreven:

*Zoons van de weduwe Tietje Folkerts-Mulder


Nieuwsblad vh Noorden van 6 december 1930

Nu werd Oldijk 5 weer van Oldijk 8 gescheiden, Oldijk 5 kwam voor fl. 34.455,- in handen van de gebroeders Roelof Lubertus Folkerts en Jan Folkerts, ieder voor de helft. De omvang van Oldijk 5 is dan 28.30.60 ha. beklemd bouw- en weiland.

Het stuk land van 3.19.60ha bij de Zuiderweg kwam voor fl 4.200,- in handen van veehouder Jacob Meijering uit Feerwerd. De beklemming van dit land kwam in handen van veehouder Frans Hamstra uit Niehove.
Oldijk 8, toen 13.33.60ha groot, werd gekocht door mevrouw Ailina Beukema, landeigenares te Bedum (met dank aan Ed Noordam voor het uitzoekwerk!).

Grietje Klaassen was geboren op 1 november 1902 te Wisch (Terborg) een dochter van handelsreiziger Luitje Klaassen en Aaltje de Boer uit Groningen. Toen Jan Folkerts en Grietje Klaassen op 13 juni 1929 in Leek trouwden was de moeder van Grietje al overleden. Op 25 juni 1929 kwam ze vanuit Leek naar Oldijk 5 om zich bij haar man te voegen.


Nieuwsblad vh Noorden van 18 juni 1929 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 30 maart 1929 (Delpher)

Jan Folkerts en Grietje Klaassen kregen op Oldijk 5 drie kinderen:


Nieuwsblad vh Noorden van 6 december 1930


Nieuwsblad vh Noorden van 23 april 1930 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden van 15 augustus 1936 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 9 december 1931 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 28 september 1935 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 9 mei 1931 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 7 oktober 1931 (Delpher)

En dan is er een uiting van vandalisme op de Oldijk, als er op 17 mei 1932 ruiten worden ingegooid bij Oldijk 5:


Nieuwsblad vh Noorden van 17 mei 1932

Dader is waarschijnlijk de 17-jarige daglonerszoon Pieter Kooi uit Feerwerd.


Nieuwsblad vh Noorden 5 juli 1933 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 30 juni 1936

Op 22 februari 1937 reed Roelof Folkerts horlogemaker van Dijk uit Oldehove van de sokken op de hoek bij ’t Veloatje:


Nieuwsblad vh Noorden van 23 februari 1937

Jaap Folkerts (zie episode hierna), toen bijna 7 jaar oud, kan zich dat ongeluk nog herinneren, want hij zat bij zijn oom in de auto: “Van Dijk was een zonderlinge man. Hij was klokkenmaker van beroep en woonde in Oldehove achter café Odéon. Wij kwamen van de Oldijk af en kwamen tot stilstand bij het schrikhek aan het einde van de Oldijk. Oom Roel had met hem te doen en liet o.a. daarna zijn horloge bij hem schoonmaken. Er waren niet zo veel horlogemakers.


Nieuwsblad vh Noorden 15 december 1938 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 29 september 1939 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 2 maart 1938 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 13 april 1938 (Delpher)


Nieuwsblad vh Noorden 5 april 1940 (Delpher)

De gebroeders Folkerts waren vooruitstrevende boeren. Ze hadden als een van de eersten een gierkelder en brachten ook als een van de eersten de gier over het land. Ook legden ze al dreinage aan in de laagste plekken van het land.


Hooien op Oldijk 5 in de jaren ’30 van de 20ste eeuw. De kleine jongen is Jaap Folkerts, daarachter zijn vader Jan Folkerts en links zijn oom Roelof Folkerts (collectie familie Folkerts)

De oorlogsjaren

Veel over de Ezinger oorlogsjaren valt te lezen in het boek “Terug naar Toen, De Tweede wereldoorlog in en om de voormalige gemeente Ezinge”.

Toen er steeds meer geruchten kwamen, dat een Duitse inval zou gaan plaatsvinden kreeg de burgemeester opdracht om vertrouwde mensen te mobiliseren, die ’s nachts moesten patrouilleren door de gemeente. Jan Folkerts en Albert Oosterhoff werden hiertoe o.a. opgeroepen. Er werd een rooster samengesteld. Jan moest met Albert van 10 tot 12 ’s avonds door de gemeente patrouilleren om eventuele Duitse parachutisten te spotten. Zo kwamen patrouilleerden ze een keer door Oostum en daar liepen een paar kerels, dat was ja wat! Die mannen keken ook al raar op van hun aanwezigheid. Uiteindelijk bleek, dat dit een patrouille was die in Aduard moest patrouilleren!
Zoals ook bij de andere boerderijen aan de Oldijk valt te lezen begonnen de invorderingen bij de boeren al bij de mobilisatie in 1939 van en door het eigen leger.
De gebroeders Folkerts dienden 3 paarden aan te bieden, waar dan een keurmeester uit kon kiezen of allemaal vorderen:

Er zijn geen paarden van Oldijk 5 gevorderd.
Bij paardenvorderingen van de Duitsers werden boeren, waarvan meerdere paarden werden gevorderd wel gecompenseerd. Zij mochten dan onder hun leiding een paard uitzoeken bij een collega boer die geen of minder paarden had moeten inleveren. Zo werd ook een paard gevorderd van molenaar Mulder, een mooi mak paard. Een Duitse majoor had zijn oog daar op laten vallen, voor hemzelf om daar op te zitten en over de troepen heen te kunnen kijken. Mulder mocht toen een paard uitzoeken bij de gebroeders Steenhuisen (boerderij “Heino Boer” bij de kolk, Schoorsterweg 6).
En voor al die paarden had het Nederlandse leger hooi nodig, wat ook bij de boeren werd gevorderd. De gebroeders Folkerts werden aangeslagen voor 100kg hooi, net als trouwens de meester boerenbedrijven in de gemeente Ezinge.
De vergoeding die men daarvoor kreeg was bij “A” kwaliteit 60 gulden per 1000kg hooi. (Oldijk 5 leverde deze kwaliteit).


Nieuwsblad vh Noorden 23 oktober 1940 (Delpher)

Roelof Folkerts bezat een jachtgeweer, zoals veel boeren in die tijd hadden. Net als alle anderen jachtgeweerbezitters moest hij aan het begin van de oorlog zijn wapen van de Duitsers inleveren:

Al in 1941 gingen de Duiters op jacht naar metalen zoals koper, messing, nikkel, tin enzl wat ze wilden omsmelten voor de oorlogsindustrie. Alleen voorwerpen met een aantoonbaar historische waarde hoefden niet te worden ingeleverd. De gebroeders Folkerts vonden dat hun drie kilo wegende koperen aker historische waarde had en deden een verzoek tot ontheffing. Of ze de aker mochten behouden verluidt het betreffende dossier niet.


Nieuwsblad vh Noorden 25 november 1941 (Delpher)

Jaap Folkerts: “Scheuren van land was een oorlogsmaatregel. Je moest een bepaald percentage van je grasland scheuren voor het bebouwen van akkerbouwgewassen. Als je nou een perceel van 2 hectare had en je hoefde “maar”1,5 hectare te scheuren, dan bood je die halve hectare aan in de krant en kon je daarvoor de premie ontvangen.”

In 1942 werd Roelof Folkerts benoemd tot kerkvoogd van de Hervormde kerk:


Nieuwsblad vh Noorden 21 augustus 1942 (Delpher)

Ook radio’s waren niet veilig voor de Duitsers en werden in 1943 gevorderd; ze wilden niet dat er naar geallieerde zenders zou worden geluisterd. De Philips accuradio van Jan Folkerts moest er ook aan geloven:

In 1944 arriveerde een Duitse legereenheid in Ezinge, die bij hun vertrek verder naar het noorden vervoermiddelen claimden. Ook de gebroeders Folkerts werden bij het transport ingezet:

Niet iedereen kreeg hun paard en wagen terug van de Duiters, de gebroeders Folkerts in ieder geval wel. Uiteindelijk werd dit wel vergoed.

De Duiters hielden regelmatig invorderingen van paarden bij de boeren, zo ook in 1944. De gebroeders Folkerts ontsprongen de dans, omdat veearts Prins een koliek constateerde bij het te vorderen paard:

In het jaar 1944 werd er veel ingevorderd door de Duitsers. Voor het vervoer van hun legeronderdelen wilden ze zoveel mogelijk fietsen hebben. Iedereen die niet kon aantonen, dat hij of zij de fiets onmogelijk kon missen moest deze inleveren.

De gebroeders deden een poging:

Ik denk niet, dat hun argument overtuigend genoeg was….

Ook hadden de Duitsers metalen nodig voor hun oorlogsindustrie. Zo dienden de boeren naar rato van hun aantal hectaren ijzerdraad en prikkeldraad in te leveren. De gebroeders Folkerts werden op basis van 18,21 hectare bouwland en 10,10 hectare grasland voor 180 meter aangeslagen, maar kregen 50 meter vrijstelling. Duitse ambtenaren dachten, dat de boeren dat draad gebruikten, maar afscheidingen van land in het noorden waren meestal sloten en geen (prikkel-)draad.

Evacuees .

Vele evacuees werden in de voormalige gemeente Ezinge ondergebracht in de periode eind 1944 begin 1945.
Op Oldijk 5 werd op 19 januari 1945 een gezin uit Venlo ondergebracht, de 40 jarige kelner Josef Petrus Herben en zijn zes jaar jongere vrouw Johanna Adriana Wilhelmina van der Valk, afkomstig van Stalbergweg 15 in Venlo (adres bestaat nog steeds).

In 1945 werd in het kader van het enorme brandstoftekort door de gemeente turf verstrekt aan de inwoners. Op 15 mei 1945 mocht Jan Folkerts 100 turven ophalen. Eerst had Jan Folkerts brandstofbonnen moeten inleveren omdat ze bomen gekapt hadden voor brandstof. Daar kregen ze dan bonnen voor aanmaakturf voor terug

Na de Tweede Wereldoorlog kwam de mechanisatie in de landbouw flink op gang, ook met steun van Amerika d.m.v. de zogenaamde Marshall-hulp.
Ook op Oldijk 5 verscheen in begin jaren ’50 de eerste traktor, maar ook de paarden bleven nog. Arbeiders moesten leren trekker rijden en dat was toch wel heel wat anders dan met paarden werken. Jaap vertelt een anecdote (gehoord op de radio van Jobke Nienhuis) van een arbeider, die mocht ploegen met de traktor. Maar op een gegeven moment kwam hij voor een sloot en vergat de koppeling in te trappen.”ho, ho, ho” riep hij, maar de trekker luisterde niet…..


Nieuwsblad vh Noorden 5 augustus 1950

Op 22 juli 1951 overleed Roelof Lubertus Folkerts op Oldijk 5, hij werd 70 jaar.


Nieuwsblad vh Noorden 24 juli 1951 (Delpher)

In 1952 vroeg Jan Folkerts vergunning aan voor het maken van een extra slaapkamer aan de zuidzijde van de boerderij. De 75 jaar oude timmerman Feike van Kammen van Haven 8 in Ezinge zou de verbouwing uitvoeren.


de ingediende bouwtekening in 1952

Het bouwplan ging niet door, de Provinciale Groningse Schoonheidscommissie keurde het plan af….
In 1955 vroeg Jan Folkerts een bouwvergunning aan voor “Schuur herstellen”.
Dit had waarschijnlijk te maken met een razende storm, die in november over de Oldijk was geraasd en een deel van het dak van Oldijk 5 had weggezogen. Het pand was voor de opstal verzekerd en dus nam zoon Jaap Folkerts contact op met de verzekeringsmaatschappij. Deze wilde, dat alles goed vastgezet zou worden zodat de schade niet groter zou worden. Bij het vastsjorren bleek, dat de schade nog veel groter was. Jaap informeerde daarna wanneer er een taxateur zou komen, maar de verzekeringsmaatschappij had verwacht dat het al gerepareerd was. Dit was echter vanwege de vorst onmogelijk. Het contact liep niet zo “soepel” met de maatschappij.


het enorme gat in het dak van Oldijk 5 in 1955 (coll. fam. Folkerts)

Op deze foto is nog een echte boerenwagen te zien, zoals negen van de tien boeren ze in die tijd nog hadden. Ze konden groter of kleiner zijn, maar dit type wagen werd toentertijd veel gebruikt en had een kromme dissel. Een lange dissel werd gebruikt als er met meer paarden werd gewerkt, dan kwam de dissel tussen de paarden door. Soms hadden paarden ook een “broek” aan. Zo kon het paard de wagen ook tegenhouden.

In 1958 verloofde zoon Jakob Gieshof Folkerts zich met Fritia Bierling, in die tijd gebruikelijk en het vermelden in de krant waard:


Nieuwsblad vh Noorden van 31 mei 1958 (Delpher)


Oldijk 5 midden jaren '50 (coll. fam. Folkerts)

In mei 1964 werd het eigendom van de (beklemde) landerijen van Oldijk 5 openbaar verkocht:


Nieuwsblad vh Noorden 9 mei 1964 (Delpher)

Wie de verkoper was van de beklemming is nog niet bekend, de koper was waarschijnlijk het Pieternella Gasthuis te Groningen.

Jan Folkerts moest in november 1964 opgenomen worden in het ziekenhuis. Buurjongen Martinus Terpstra, die in de stad Groningen werkte, bracht hem met zijn Fiatje 500 naar de stad (Jan paste er net in). In het ziekenhuis overleed hij even later op 26 november (71 jaar) en zijn vrouw bleef achter op de boerderij. Hun dochter Aly was in 1963 getrouwd en naar Zuidlaren vertrokken. Dochter Thea was alleen ’s avonds en ’s nachts op de boerderij.
Toen zijn vader Jan Folkerts kwam te overlijden stelde Jaap zijn moeder voor om te ruilen van woning en zo geschiedde in november 1964.
Jaap zijn moeder ging met dochter Thea naar Schoolstraat 20 en Jaap en Fritia betrokken Oldijk 5.

Grietje Klaassen werd 91 jaar en overleed op 11 januari 1994 in het Zonnehuis te Zuidhorn.


Nieuwsblad vh Noorden van 17 januari 1994 (Delpher)

En zo begon de vierde en tevens laatste generatie Folkerts op Oldijk 5